woensdag 25 februari 2015

Gezond! Maar niet altijd... het recept voor Belgische of Luikse Wafels


Ik ben echt heel goed bezig! Goed, ik begin mijn stukje met 'ik' en ik klop mijzelf op de borst: dat hoort niet. Maar verder, ohlala... Ik spring drie of vier keer per week op de racefiets, ook met slecht weer, voor best veel kilometers. Ik ontbijt met havermout en rozijnen. Ik eet vers fruit. Ik eet minder. Ik eet, volgens de suikertest van de Belgische kant De Standaard (u kunt hier klikken om dit ook te doen), slechts 3 suikerklontjes per dag, terwijl 10 ook mag én ik ben lid geworden van de facebookgroep 'Gezond en Energiek' (klik hier als u dat ook wil), maar dat is vooral omdat ik Marije zo leuk vind.
Het resultaat is inderdaad een strakker lijf (fijn), maar hoe dan ook houd ik wel en nog steeds erg van eten... Van goed eten, van zelfgemaakt eten, van vers eten, van eten uit de moestuin van de buren, van goede koeien, van lekkere hapjes en, ik zeg het er maar gewoon bij, van wijn ook. 
Helemaal niet erg!
Want gezond zijn, is ook gelukkig zijn. En als goed eten en mooi koken gelukkig maakt, dan moet dat gewoon gebeuren. 

Dus daarom, in dit stukje over 'gezond', een ode aan wafels, Belgische wafels, Luikse wafels, noemt u ze maar zoals u wil. Ik heb laatst het wafelijzer tevoorschijn gehaald en had daar niet meteen een goed recept bij. Dus na een paar keer proberen en testen (ja, toen fietste ik gewoon een rondje extra), kwam ik op het perfecte deeg. 

Daarom nu hier voor u, het recept voor heel gelukkige Belgische of Luikse Wafels:

boter, 140 gram
suiker, 120 gram
vanillesuiker, 1 zakje
bloem, 275 gram
eieren, 2 (middelgroot)
melk, 4 eetlepels
bakpoeder, 5 gram
zout, 5 gram

Deze lijst kneedt u (liefst met de deeghaak in de keukenmachine) tot bijna een bal, nog net niet, maar wel tot een samenhangend geheel.

Daarna voegt u toe:
parelsuiker, 60 gram
kristalsuiker, 25 gram

Dit kneedt u nu snel en voorzichtig (de parels van de parelsuiker moeten parels blijven) tot een bal en deze rolt u uit (op een met bloem bestoven schoon aanrecht) tot een worst met een diameter van zo'n 5 centimeter.
Van deze worst snijdt u plakjes van zo'n anderhalve centimeter breed en die legt u in uw elektrisch wafelijzer (dat u natuurlijk, volgens de instructies op uw ijzer, op temperatuur heeft laten komen). Ik zet 'em op stand 4 van 5 en dan zijn ze in vier en een halve minuut mooi goudbruin. Serveren met ruim roomboter en poedersuiker.
Deeg dat over is kunt u heel goed in plastic folie verpakken en een paar dagen in de koelkast bewaren. Daar snijdt u heel eenvoudig een volgende dag nog een paar wafels vanaf.
En dan maar weer eens fietsen...